In de heldere uren (een roodborstje drinkend
Van de regendruppels op het hek
De poes zich uitstrekkend van het nachtelijk
Avontuur, de auto van de buurman
In haast scheef geparkeerd, de dorpsklok
Luid en helder, de bomen zwaar nog van
De dwingende buien) hurk ik tegen de nacht:
Het optrekken van
De benen tegen de pijn, het doorbuigen van
De rug in de wiegende beweging tegen haar
Duidelijke lijn, handen die de buik omklemmen
Ogen tegen het laken, dan
Langzaam het gezicht, voorover vallend, het
Lijf zuchtend erachter aan
Simen Vrederat
16 augustus 2014 — 08:59
Goedemorgen !