Bij water, zie titel, denk ik meteen aan ‘lopen over’
En bij dat gegeven meteen aan de Grote Stuurman
Waarin Wim, zie artprint, heilig geloofde
Misschien komt het ook wel omdat de singel naast
Mijn raam vervaarlijk stuwt en de ogen van Wim
Op de vensterbank naar me kijken
Zo ongeveer sinds zijn dood- zijn, ze zaten in een
Enveloppe waarin ook de kaart met zijn Highlands-
Gevoel, hij was nu
Eenmaal daar waar hij uiteindelijk zijn moest en dat
Was niet bij ons, toevallig moest ik hem vanmiddag
Nog een keer
Verplaatsen, ik zeemde de ramen en hing de gordijnen
Recht en haalde de wanden leeg, ‘god, wat saai’, zuchtte
De kleine
Zo schoven wij ook alle kabels onder de bank en maakten
Een keurige stapel van de werkboeken op tafel zodat
Het net leek alsof, nu ja
Alsof wij altijd werkten maar nu even niet maar bijna
Onmiddellijk weer wel, ‘ik zie niet in waarom’, zei
De kleine, dit keer
Opmerkelijk weinig woorden gebruikend, hij probeerde
Nog een lampje op te hangen terwijl hij zich van mij
Moest herinneren wanneer
Het nu de gezelligste kamer was geweest, hij kon zich
Geen visnet met knuffels herinneren, zelfs geen kom
Met eentje erin zoals hij zich
Geen vader thuis kan herinneren terwijl ik van Wim naar
Grote Stuurman naar pappa’s ga of gewoon ook van
Kamer naar kamer en dan weer
Naar een ander huis en hoe ik altijd gewoon maar verfde
Als iets vies was, de schijnoplossing zeg maar, net zoals
Ik nu heel
Suggestief altijd iets beweer waar u weer iets anders van
Kunt maken, geen chocola, probeerde Hij ooit nog, enfin
Daarna was het rustig
De kleine vroeg nog even hoe laat we weg moesten zijn
Morgen en ik verzon waar naar toe zodat de tegenpartij, de
Vreemdeling, eindelijk weer eens
Ons hol kon inspekteren op marktwaarde en welzijn en dan
Misschien wel zou verzinnen hoe herinneringen voortaan
Zouden beginnen hier
Aan deze waterkant, bij deze peilende ogen, bij dit zacht
Wapperend gordijn nog, inspirerend, zegt hij dan, van
Boekenstapel en lamplicht
Maar misschien een weinig saai, bij het weggaan trekt hij
Dan even per ongeluk expres de boekenstapel om zodat wij
Weten dat hij geweest is
Dan duurt het weer weken en wonen wij altoos en gelukkig
En voor eeuwig in dit waterhuis, ik schilder nog een vies
Plintje en bedenk me hoe ik van
Kool soep kan koken, kortom, jaren na deze stuwt het water
Nog even hoog, tot voorbij zijn kruin, zeg maar en verplaats
Ik niet eens mezelf
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x