Ik heb me geprobeerd in te dekken, ik kocht drie
Boeken, naaide een rokje, hield mijn mamma’s hand
En beet zeven kindertraktaties, te bewaren voor
Het kroost van mijn exposant, doormidden maar
De cd-speler spuugde mijn muziek uit, een mollige
Kunstkenner gaf zich uit als
Schrijver of andersom, mijn vader bleef zo vreselijk
Afwezig, volgens mijn mamma en mijn jasje kon
Van boven
Nauwelijks meer dicht en hoewel zij, mijn mamma
Heel zacht probeerde alle draadjes van mijn zelf
Genaaid dingetje
Aan te trekken tot dicht en strak en tegen de wind
Bestendig, en toen ook nog even met een vinger
Door alle gaten stak
En ik wachtte tot ik misschien giechelen moest en
Zij wellicht kriebelde, bleef mijn lijf onwillig en
Heel ver weg, een
Beetje zoals het zijne, ergens anders, onbegaanbaar
En niet eens tevoorschijn komend als ik roepen zou
“ik kom” of tot tien
elbert gonggrijp
12 januari 2012 — 17:19
Prachtig! Ik zal maar weer niet zeggen dat dit een heel mooi beeld is, want dat heb ik al zo vaak gezegd en wordt zo langzamerhand cliche.. Ga zo door en ik blijf je wel volgen…
alja
12 januari 2012 — 17:51
ga jij maar zo door…..dankjewel!