Now I wish I could write you a melody so plain, That could hold you dear lady from going insane (Bob Dylan, Tombstone Blues)

mijn lijf spuugt mijn woorden

Zoals vroeger een koekje hielp bij een valpartij in het
Grind, ik kan me geen andere troost herinneren, zo helpt
Nu het uitroepteken dat de arts tegenover mij in zijn
Boek plaatst, net nadat hij geschreven heeft

‘gerustgesteld’, eerst zijn er een dertigtal vragen en
Handelingen en dan is er het grijze beeld naast ons
Met vlokken en sterren, strepen en licht en zijn uitleg
Geduldig en kundig en

In ieder geval leidend tot dat uitroepteken later, we
Praten zelfs over alle kreativiteit die ik aan de dag leg
En zelfs op dat moment en ik over de beweegreden van
Zodat wij elkaar na afloop oprecht

Sukses wensen met al onze bezigheden, met pijn is te
Leven, zegt hij, op dezelfde luchtige toon, misschien, zeg
Ik een dag later, tegen kunstenaar B. is het te vergelijken
Met een verruiming van

Het bewustzijn door? maar hij ontkent krachtig, op tafel
Chocoladeslagroomsoesjes, hompen kaas, noten, wat
Brood, ik ken geen betere troost dan mijn woorden maar
Eet gulzig

Van zijn hoogste etage val ik echter geruisloos naar benee
Als hij niet mij zijn arm biedt, you’re safe now, zegt hij
En omarmt me, kijk dat had ik jaren geleden moeten horen
En moeten schrijven

 

« »