de tijd
We dammen met z’n drieën zoals we gezamenlijk schaken. L. (6) souffleert ons, S. (8) en A. (67) denken na….
boven hem
Het is een troost dat je onderweg zo nu en dan ook je eigen kind tegenkomt. De grootste legt zijn…
onbetwist
Nog dagen zullen zij daar liggen, mijn warme hoopjes geluk, mijn op de tenen sluipende wijsneusjes, mijn kletsende, rennende, springende…
hardop praten
S. en L. voeren de geiten, aaien de paardjes over het hoofd, sjokken door geel gras in truien met lange…
mijn eigen wereld
Onze familie is als dat samengestelde gezin, brokstukken uit vorige levens en andere situaties, een toonbeeld van schijnbare verdraagzaamheid en…
verblijf
De volgorde in de ochtend is tegengesteld aan de avond. Terwijl nu het eerste het eigen gedicht is, de eigen…
een vriend
Haar roze parels hadden geglansd in de zon en met haar hand had ze ze vastgehouden alsof ze bang was…
gespreksonderwerpen
Mijn moeder stapt door een vliegergordijn, zo’n gekleurd geval met wapperende banen, en zit later naast me. Soms vraag je…
een extra rondje
Gespreksonderwerpen als onderdeel van het ontbijt. Een gedekte tafel aan het eind van een lange gang. Een gastheer die nauwelijks…