Ik hoor je zeggen dat je niets met oma’s had, je had niets
met moeders dus dat is hetzelfde en dat

er altijd wat was: al die familieleden en een kat en werk wat
sowieso niets opleverde en een planning, schat

die al jaren in haar hoofd zat, net zoals die gekke gewoonten:
haren terugleggen op de schedel, kruimels

verzamelen in haar boezem, haar mond openhouden bij het
opmaken van haar ogen en hoe ze dat ook nog

vroeg, of iedere vrouw dat deed, wist hij dat? En dan dat
serieus nemen van alles dat hij zei, en hij

zei het best vaak hè, dat van liefde enzo en dat van dat huisje
dat een paradijsje zou worden en hoe rustig hij

van haar werd en hoe gelukkig eigenlijk ook en dat iedereen
dat had: iedere man deed dit, dat ze niet dacht dat.